Images


VID-001


Installation (2021)
~ Do we live in 2 worlds or just 1?


Ongeveer een jaar geleden wandelde ik met een van de predikanten van de Nieuwe Kerk door het Stadspark in Groningen. We hadden het over het verhaal van de Ark van Noach. Ik vroeg hem of hij wist welke dieren zich in de Nieuwe Kerk ophielden. ‘Vleermuizen,’ zei hij, ‘ze vliegen ’s avonds rondjes in de kerk en worden ’s ochtends soms dood of uitgeput door de koster gevonden.’

Met de koster maakte ik de afspraak om me op te bellen als ze weer een dood exemplaar in de kerk gevonden had. Ik wilde er een digitale 3D-reconstructie van maken. Nog geen week later kreeg ik een telefoontje dat ze er één gevonden had en dat hij ‘bijna dood’ was. Ze had hem in een plastic box gestopt en stuurde me ermee naar huis.

Daar zat ik, in mijn kamer, met een rondkruipende vleermuis. Tot mijn verbazing schrikte hij me niet af maar fascineerde hij me. Het was een aandoenlijk gezicht om hem met zijn duimnagels de randen van de plastic box te zien verkennen. Het was meteen duidelijk: ik kan hem hier niet in deze box laten sterven.

Zo kwam ik in contact met mensen van de Vleermuizenwerkgroep Groningen. Één van de leden van de werkgroep bleek bij mij in de wijk te wonen en ik kon de vleermuis meteen bij haar langs komen brengen. Ze liet me zien hoe je zo’n beestje voedt en na een paar slokjes melk was hij er alweer bovenop.

Andere wereld

Deze kleine gebeurtenis bracht me waar ik naar op zoek was: een concreet verhaal van een dier in een kerk. Het vormde het startpunt van mijn onderzoek, waarin ik de wereld van mens én vleermuis – die twee samen – probeer serieus te nemen.

In mijn onderzoek merkte ik dat de wereld er dan heel anders uit begint te zien. Alledaagse gebruiksobjecten krijgen plots een andere functie. Gele schoonmaakdoekjes blijken uit het perfecte materiaal te bestaan om grip aan de nageltjes van vleermuizen te bieden. Je vindt ze daarom in elke vleermuisopvang. Mascaraborsteltjes worden een instrument om vleermuizen mee te aaien. Je kunt ze ervan zien genieten.

Natuurlijk, het blijft speculeren wat de vleermuizen echt ervaren, maar juist dat speculeren over een andere mogelijke wereld is heel waardevol. Het stimuleert de verbeelding, maakt de wereld rijker en brengt ons mensen dichter bij de vleermuizen.

De centrale vraag van mijn onderzoek luidt of het mogelijk is een kerkgemeenschap te verbeelden die voorbij de grenzen van de menselijke soort gaat. Kunnen we als mensen de vleermuizen zo serieus nemen dat ze ons ook doen veranderen? Dat er iets van wederkerigheid ontstaat? Want vanuit die premisse vertrek ik: dat we ons altijd in relaties bevinden, met andere mensen, dieren en onze omgeving en dat die relaties ons maken tot wie we zijn.

Mijn onderzoek is een poging om de relatie met de vleermuizen in de Nieuwe Kerk levend te houden en te vieren. Dat is hard nodig in een tijd waarin steeds meer soorten aan het verdwijnen zijn. Het enorme verlies aan biodiversiteit, en de twijfelachtige rol van de West-Europese mens en de christelijke traditie daarin, vormen daarbij de achtergrond van mijn onderzoek. Ik besteed aandacht aan beide kanten van het verhaal. Aan de ene kant het verlies van diersoorten en de gevoelens van rouw en schuld die daarbij kunnen komen kijken, aan de andere kant ook de vreugde en het plezier die in relatie met andere soorten kunnen ontstaan.

Kunstinstallatie in de kerk

De methode die ik voor mijn onderzoek gebruik, is experimenteel. Ik probeer kunst en theologie met elkaar te combineren. Als onderdeel van mijn onderzoek heb ik een kunstinstallatie in de Nieuwe Kerk in Groningen gepresenteerd, waarmee ik hoop de wereld van de vleermuis voor de bezoeker wat dichterbij te brengen.

Het werk bestaat uit een print op doek, een soundscape waarin stukjes interview met mensen van de Vleermuizenwerkgroep te horen zijn en een augmented reality installatie, een digitale laag op de werkelijkheid. Als bezoeker beweeg je je met een telefoon of tablet door een digitale grot waar vleermuizen rondvliegen en videobeelden te zien zijn van verschillende vleermuizen.

Je ziet een vleermuis die vliegles krijgt, een vleermuis die zichzelf bevredigt, vleermuizenembryo’s op sterk water, een vleermuis die zichtbaar geniet van de strelingen van een mascaraborsteltje. Het volle leven van de vleermuis wordt zichtbaar, waar pijn en dood een onderdeel van zijn, maar plezier en genot ook.

Mijn onderzoek sterkt me in het vermoeden dat kunst in kerk en theologie een belangrijke rol kan spelen, door werkelijkheden aanwezig te stellen die moeilijk onder woorden te brengen zijn. Of het nu gaat om de werkelijkheid van dieren en het daarmee gepaard gaande onrecht, om klimaatverandering en de grootheid van daarbij horende fenomenen, of ervaringen van gemarginaliseerde groepen in de samenleving.

Kunst kan kerken helpen om verbeeldingsrijke ruimtes te scheppen waarin de plaats van de mens op aarde doordacht kan worden en waarin aanzetten tot een rechtvaardigere wereld vorm kunnen krijgen.